Izaäk – Dromen of geloven of je wilt of niet. Je zult lachen en het weten of je droomt of niet.
Julius – Waardevolle juweel
Petrus -Jezus zelf gaf Simon de nieuwe naam Petrus, wat rots betekent de rots waarop Jezus Zijn kerk zal bouwen.
Rachel en Lea – Koe en ooi.
Ezechiël, hij die door God versterkt zal worden
Paulus – Klein, gering
Thomas – Tweeling
Johannes – betekent genade. God geeft Liefde. De sprinkhanen verwijzen naar Johannes de Doper die in de woestijn van sprinkhanen leefde. “Door uw geloof in Hem bent u gered en dat komt door Zijn genade. Dat is niet uw eigen verdienste, maar een geschenk van God” Efeziërs 2:8 HTB
Marcus – betekent ’toegewijd aan Mars’.” En “Marcus is een Latijnse naam. Het is vermoedelijk een afleiding van Mars, de god van de oorlog